Hier eerst een zeer beknopte uitleg over de polyvagaal-leer
Het zenuwstelsel is een netwerk bestaande uit tastbare zenuwkabels, ’informatiestrengen’. Een deel van dit stelsel luistert naar onze wil. Als je een kopje thee op wilt tillen, dan gebeurt dat. Het autonome deel van dit stelsel luistert niet naar onze wil. Vroeger werd onderscheiden dat er een sympatisch en parasympatisch deel was. Het eerste regelt actie en ook fight en flight. Het tweede reguleert ‘rest & digest’. De inzichten zijn inmiddels veel verfijnder.
De belangrijkste verfijning is, dat er een hiërarchie in het systeem zit. Daarvoor wordt het beeld van een ladder gebruikt. De bovenste toestand wordt ventraal vagaal genoemd. Dat is onze ontspannen toestand, waarin we bijvoorbeeld veel verbinding ondervinden met onszelf, de wereld om ons heen en het spirituele. Lager op de ladder volgt de sympatische toestand. Hierbij schakelt ons systeem over naar actie. Als dat flink wordt aangewakkerd komen we in fight en flight. De genoemde verbindingen zijn er dan niet meer. Onze aanwezigheid wordt leeg. Onderaan de ladder bevindt zich de dorsaalvagale toestand, gekenmerkt door ‘freeze’, dan wel ineenstorting.
Dit zijn de grondbeginselen van deze leer. Maar die bevat nog veel meer. Denk hierbij aan neuroceptie, verbinding, context, hoe verhalen tot stand komen. Het is werkelijk mateloos boeiend om te herkennen, wat deze toestanden met ons doen.
Hoezo vagaal?
Genoemd naar de zwerfzenuw, de vagebond onder de grote hersenzenuwen, die allesbepalend is, als het op ontspanning aankomt.
Mijn idee is om de komende tijd de polyvagaal-leer meer te integreren in mijn lessen. De waarde van dat idee wil ik hier graag toetsen.
Laat ik beginnen met mijn grote reden om te twijfelen. Deze theorie is een schat, met ongekende exploratiewaarde; een stevige grond, van waaruit heel nauwkeurig te volgen is wat er in lijf zoal gebeurt. Ik ben hierover ongekend enthousiast. En precies dat brengt me aan het twijfelen. Ik ga dan uit mijn dak en als ik uit mijn dak ga ben ik minder stevig hier en als ik minder stevig hier ben, geleid ik minder verbonden. Ik mag graag – als onderdeel van mijn toetsingsproces, het etymologisch woordenboek open slaan. In dit geval zocht ik het woord ‘enthousiasme’ op. Ik wist al iets over de betekenis van het woord, maar had niet meer helder wat ik ook alweer wist. Dit lees ik onder andere: het woord heeft wortels in ‘enthousiazein’. Dit betekent ‘door een god bezeten of buiten zinnen zijn’. Dat raakt het precies. Als ik buiten zinnen ben, geleid ik als yogajuf niet werkelijk stevig. Dat ik dit nu doorzie, stemt me optimistisch en opent de weg naar de waarde om deze leer wel te vervlechten in mijn lessen.
Dit is natuurlijk omdat de precieze yogastijl die ik geef, mezelf tot op het bot raakt. Dat doet het op een wijze die ik verstandelijk niet kan bevatten. Wat hierbij ondermeer zo tot me spreekt, is wat er al vanzelf gebeurt in ons lijf, als we ontspannen. En daarover gaat de polyvagaaltheorie precies. Het gaat over de mateloze kwaliteiten van ons autonoom zenuwstelsel. Dit stelsel reguleert spanning, ontspanning. Hoe kan ik als yogajuf daar niet gefascineerd door zijn? De belangrijkste reden voor mensen om naar een yogales te gaan is tenslotte … ontspanning.
Hierbij komt dat de theorie niet droog, plat geslagen en levenloos is. In tegendeel; de uitwerking ervan door Deb Dana is zooooo belichaamd én ‘spot on’ te volgen met lijf. Dat kan in potentie onze rusteloze mind-delen nog zoveel meer rust geven.
Juist dat geruststellende van kloppende theorie is de kracht van Critical Alignment Yoga. ‘CAY makes sense’ was ooit mijn slogan op een folder en raakt voor mij nog steeds de essentie van de onderscheidende kracht van deze vorm van yoga ten opzichte van andere vormen. De kloppendheid van de polyvagaaltheorie heeft mij in het verleden geholpen en helpt mij momenteel weer enorm. Het helpt me vooral om mijn bevriezingen en soms ineenstortingen beter te verkennen. Ik kan nu veel intiemer zijn met de niet-verbinding. Nee dat klopt niet, die herkende ik al. Het is, dat ik nu veel beter kan overzien, wat de freeze en flop&drop doen. In die toestand is het simpelweg niet mogelijk om te verbinden, ook niet met mezelf. Ook niet met mijn cognitieve delen. En dat is precies wat deze toestand zo ingewikkeld maakt. Je kunt jezelf nauwelijks meer op de rit krijgen. Letterlijk. Cognitieve escapes werken niet en mezelf kalmeren ook niet. Dat was mijn populairste strategie, maar hielp geen zak. Sterker; het bracht me nog dieper in de put. Het enige wat werkt is ‘mobiliseren’.
Als ik hierover twee jaar geleden ook al las, waarom deelde ik het dan toen niet? Ik had toen meer last van bovenstaande twijfel. Maar ja, toen kwam ik afgelopen zomer in een crisis terecht. Daar ben ik al een heel stuk doorheen geklauterd en ik stap dapper verder. De inzichten dankzij vooral de oefeningen die bij de polyvagaalleer horen, helpen hierbij enorm. Ze geven bovendien extra groei. Verder nodigt dit proces me uit om meer en meer mijn eigen verantwoordelijkheid te herkennen. Feitelijk om de verbinding met mezelf veel zorgvuldiger te volgen. En dus ben ik regelmatig met de vragen ‘wat wil ik?’ ‘hoe klopt het voor mij?’. Ik luister voor de antwoorden minder van buiten naar binnen en veel meer van binnen naar buiten.
Zo is kraakhelder geworden dat ik ‘Lijf’s’ reuzegaaf vind. De herkenning hoe lijf blijkbaar steunend is, maakt me gewoon zielsgelukkig. Anderen hierbij zuiver mogen geleiden, maakt me blij tot in de puntjes van mijn tenen.
Dit gaat hand in hand met het nog intiemer volgen, van wat lijf mij vertelt. Specifiek over het wel/niet in verbinding blijven. En ook over de orde hierin, de natuurlijke orde.
Hierbij heb ik een specifieke benieuwdheid, die je deze week ook in mijn lessen tegenkwam. Kan er een lokale ineenstorting zijn? Bijvoorbeeld in je rechtervoet of linksonder in je rug. Anders geformuleerd; kunnen segmenten of beweegpatronen (deels) lethargisch worden? Wordt vervolgd.
Op facebook legde leraar Gert de stelling neer: ‘Yoga is de hoogste vorm van sport’. De eerste vraag die dan opborrelt is natuurlijk, wat is sport? Een antwoord hierop staat bijvoorbeeld op de Engelse Wikipedia. Aan dat antwoord is niks eenduidigs.
Strijd
Wat valt op als je kijkt naar bijvoorbeeld Studio Sport of verslagen van de Olympische Spelen? Voor mij is dat het element ‘strijd’. Vooral natuurlijk als je het vergelijkt met yoga. Het feit dat dit element bij yoga juist geen ding is, diskwalificeert het wellicht als sport. Het zou tegelijkertijd ook wel eens de essentie kunnen zijn, waarom yoga wel een hoge vorm van bewegen is.
Beweegkunst
Het element strijd spreekt wilskracht aan. Dat veroorzaakt een – veelal gezonde – stress. Niks mis mee. Bij yoga echter probeer je juist je bewegingen zo te maken dat ze geen stress of strijd in het lijf oproepen. Niet omdat elke vorm van stress eng en naar is, wel nee, maar in yoga wil je ontdekken wat het lijf gaat doen als je het element stress wegneemt.
En wandelen dan?
Natuurlijk zijn er andere vormen van bewegen waarbij het element strijd ook ver te zoeken is. Denk aan wandelen, fietsen, baantjes trekken in het zwembad voor het pure plezier. Allemaal leuk en aardig, maar richt de beoefenaar daarbij bewust zijn aandacht op de ontspanning van zijn lijf? Volgens mij niet. De bewegingen bij deze activiteiten zijn bovendien nogal monotoon. Dus zelfs al zou de wandelaar voor pure ontspanning gaan, de kans dat hij daarmee alle hoeken en gaten van zijn lichaam bereikt is klein.
En Tai Chi en Qi Gong dan?
Sporten, of moet ik zeggen activiteiten als tai chi en qi gong scoren momenteel hoge ogen in de beweegtherapiehoek. Beide beoefende ik een tijdje en hoewel ik het aanraders vind biedt yoga mij meer. Vooral omdat yoga – althans de vorm van Critical Alignment Yoga – lichamelijk veel uitdagender is. Je probeert daarin niet alleen het lijf tot ontspanning te brengen, maar tegelijkertijd tot een helder, krachtiger functioneren. Met het bijproduct van ‘gezonde kracht’ kan ik veel in het dagelijks leven.
Martial Arts
Wellicht dat sommige beoefenaars van martial arts als aikido vergelijkbare ervaringen hebben als yogi’s. Ik heb echter de indruk dat dat slechts voor een klein groepje toppers geldt en niet is weg gelegd voor goed willende beginners en amateurs. Hoe anders is dat bij yoga.
Yoga als demonstratiesport?
Een demonstratiesport maken van yoga? Alsjeblieft niet. Dan roept vooral excessen op waarover Gert op zijn blog schrijft. Dan geldt hetzelfde als bij Aikido als echte kunst. Maar heel weinigen is het gegeven om als anderen naar ze kijken, zich daar helemaal, helemaal niks van aan te trekken. Zich volledig af te sluiten voor de prikkels die dat oproept.
Het gladde studentenijs
Bij deze betreed ik het gladde ijs. Als student fysiotherapie puzzel ik momenteel met allerlei facetten van onze zenuwstelsels. Ook Gert besteedt daar in zijn boek Critical Alignment veel aandacht aan. Niet toevallig waarschijnlijk.
Zenuwachtig
Het schijnt zo te zitten met ons zenuwstelsel. Je hebt een centraal deel. Daaronder vallen hersenen en ruggenmerg. Het overige heet het perifeer zenuwstelsel. De bekabeling van organen en spieren ligt daar. Dat perifeer zenuwstelsel kun je verder onder verdelen in een tak die we met onze wil kunnen beïnvloeden en een tak die los van onze wil functioneert. Nu wordt het interessant als we willen bewijzen dat yoga een hoge vorm van bewegen is.
Bewijs?
Bewijzen lijkt binnen fysiotherapie het toverwoord geworden. Alles mot Evidence based zijn. Niks mis mee. Leuk zelfs. Des te meer omdat Gert datzelfde probeert te doen voor yoga. Het wordt vooral aardig als de drive hierachter een lichte, frisse nieuwsgierigheid is én de behoefte om mooie schatten te delen! Worden we nu spiritueel enzo? Hoe dan ook, ook op mijn fysioschooltje Thim van der Laan is ‘Share’ het grote ding.
Onderzoek
Natuurlijk is er voor echt bewijs veel meer graafwerk nodig. Hier slijp ik lekker mijn geest en plant ik wellicht zaadjes die ooit verder tot bloei komen. Of zouden de planten van die zaadjes allang al bestaan en hoeven alleen de vruchten geplukt te worden? Ook goed.
Een deel van ons lijf beïnvloeden we dus niet met onze wil. Niks nieuws aan, toch? Dit autonome/vegetatieve/onbewuste zenuwstelsel kan nog verder onderverdeeld worden. Als je dat doet, raak je wellicht de kern van de kracht van yoga. Van het (ortho)sympatische deel profiteer je volop als je aan het sporten en bewegen bent. Tegelijkertijd rem je dan echter de werking van zijn tegenhanger, het parasympathische deel.
Definitie parasympathisch zenuwstelsel
Het parasympathisch zenuwstelsel regelt dat het lichaam in een toestand van rust en herstel kan komen. Het zorgt voor een grotere productie van verteringssappen, een snellere darmbeweging, verwijding van de bloedvaten naar het spijsverteringsstelsel, een snellere nierwerking én het verlaagt de hartslagfrequentie en ademfrequentie.
Wat zou het mooi zijn als inderdaad blijkt, dat je bij yoga traint om te bewegen zonder daarbij de werking van dit deel van je lijf al te zeer te verstoren. Die ervaring heb ik alvast wel. Soms.
Patanjali
Patanjali schreef als Indische geleerde in de 2e eeuw voor onze jaartelling belangrijke yogateksten. Een van zijn stellingen luidt ‘Bij yoga draait het om het kalmeren van de onrust van het bewustzijn’ [Bron: Yoga als levenskunst van B.K.S. Iyengar]. Daar had hij geen wetenschappelijke bewijs voor nodig. 🙂
Nog een ballontje …
Als je beweegt levert dat de hersenen sensorische informatie op. Op de afbeelding valt te zien, hoe dat in ons hoofd is verdeeld. Wat opvalt is dat sensaties in de romp verhoudingsgewijs wel heel weinig prikkels in de hersenschors opleveren. En dat terwijl de romp de basis is voor een lekkere houding. Zou yoga ook bijdragen aan een hogere gevoeligheid van de romp?
Zo nou nou, veel plezier met uw parasympathische zenuwstelsel en de houding van uw romp
‘En je wijnschrijfcarrière dan?’ Zo vragen mensen me, sinds ik met Lijf’s uit de kast kom. ‘Je bent net zo lekker bezig!’ voegen ze daar nog lief aan toe. Die carrière gaat zijn gang wel. Het lijkt er zelfs op dat de wijnschrijverij er alleen maar leuker en makkelijker op wordt. Ik ervaar het als nogal verfrissend en verhelderend om met veel meer dan alleen wijn bezig te zijn.
Dat ik ‘wonderer’ geworden was ‘at Lijf’s’ schreef ik op LinkedIn.
‘Wat is dat dan precies?’ vroegen twee vriendjes per mail. ‘Dat is een wanderer maar niet zo precies’ antwoordde ik. Iemand die zich al zwervend verwondert. Zeg maar.
Later bedacht ik dat ze wellicht het idee hadden dat ik meer aan een functie in de hoek van wonderdokters denk. Nou nee. De maatschappij dat ben jij en die wonderdokter ook. Natuurlijk hoop ik later als ik groot ben ook mensen te helpen meer uit hun lijf te halen maar ik hanteer daarbij graag De menselijke maat.
Dus nu staat er toch maar dat ik ‘Student’ ben ‘at Lijf’s’.